Skip to content

Rechtgeleide kaliefen – Hazrat Abu Bakr (ra) | Vrijdagpreek Hazrat Khalifa-tul-Masih V(aba) | 18 November 2022

Feature image

Klik hier om de video te bekijken

Na het reciteren van Tashahhud , Ta’awwuz en Surah al- Fatihah, zei Zijne Heiligheid, Hazrat Mirza Masroor Ahmad (aba) dat hij incidenten uit het leven van Hazrat Abu Bakr (ra) zou blijven benadrukken.

De Heilige Profeet (vzmh) kiest zijn plaatsvervanger

Zijne Heiligheid (aba) zei dat op basis van de incidenten die al zijn gepresenteerd met betrekking tot hoe de Heilige Profeet (vzmh) Hazrat Abu Bakr (ra) zag, het duidelijk wordt dat de Heilige Profeet (vzmh) wilde dat Hazrat Abu Bakr (ra) zijn opvolger werd. Hazrat A’ishah (ra) vertelt dat de Heilige Profeet (vzmh) tijdens zijn laatste ziekte Hazrat Abu Bakr (ra) ontbood zodat hij iets kon opschrijven. Hij zei dat hij vreesde dat iemand anders zou denken dat hij meer recht zou hebben om zijn opvolger te zijn, terwijl de gelovigen zeker iemand anders zouden afwijzen behalve Hazrat Abu Bakr (ra) als zijn opvolger.

Gedrag van Hazrat Abu Bakr (ra) tijdens de grote laster

Zijne Heiligheid (aba) zei dat volgens Hazrat Abu Hurairah (ra), de Heilige Profeet (vzmh) in een droom zag dat hij bij een put zat en een emmer gebruikte om wat water te putten. Toen zag hij dat Hazrat Abu Bakr (ra) wat water uit de put putte. Hij had er wat moeite mee, maar God zou zijn zwakheid bedekken. Toen zag de Heilige Profeet (vzmh) de emmer in leer veranderen en zag Hazrat Umar (ra) met grote kracht water uit de put putten. Dit gaf aan dat deze twee getrouwen opvolgers zouden zijn van de Heilige Profeet (vzmh).

Zijne Heiligheid (aba) zei dat ten tijde van het incident van Ifk (de Grote Laster), de ouders van Hazrat A’ishah (ra) (dwz Hazrat Abu Bakr (ra)) grote liefde en respect toonden voor de Heilige Profeet (vzmh). In de loop van dit incident volgden ze de leiding van de Heilige Profeet (vzmh) in omgang en houding jegens Hazrat A’ishah (ra). Gedurende deze tijd dat, met de toestemming van de Heilige Profeet (vzmh), Hazrat A’ishah (ra) naar het huis van haar ouders ging en hen uitlegde dat ze was gekomen om te horen van de grote beschuldigingen die tegen haar waren ingebracht, begon Hazrat Abu Bakr (ra) te huilen en adviseerde haar terug te keren naar het huis van de Heilige Profeet (vzmh).

Zijne Heiligheid (aba) citeerde Hazrat Mirza Bashiruddin Mahmud Ahmad (ra), die zei dat door deze laster te uiten, de tegenstanders haar echtgenoot, de Heilige Profeet (vzmh) en tegelijkertijd haar vader, Hazrat Abu Bakr (ra) kwaad wilden doen, anders had het geen voordeel voor hen om Hazrat A’ishah (ra) te belasteren. Er kan ook niet worden gezegd dat de andere vrouwen van de Heilige Profeet (vzmh) mee wilden doen aan het belasteren van Hazrat A’ishah (ra) zodat ze uit de gratie raakte bij de Heilige Profeet (vzmh); in de woorden van Hazrat A’ishah (ra) zelf, ze zei dat Hazrat Zainab (ra) de felste was in het verdedigen van haar en het aan de kaak stellen van de laster. Evenzo, wanneer gevraagd werd naar Hazrat A’ishah (ra), hadden andere vrouwen van de Heilige Profeet (vzmh) alleen maar positieve dingen over haar te zeggen. Daarom was er niemand met een wraakactie tegen Hazrat A’ishah (ra), en het uiten van deze laster was slechts een poging tegen de Heilige Profeet (vzmh), of om te voorkomen dat Hazrat Abu Bakr (ra) zijn opvolger zou worden.

Zijne Heiligheid (aba) zei dat de metgezellen, terwijl ze met elkaar spraken, zouden bespreken dat als iemand een rang na de Heilige Profeet (vzmh) bekleedde, het zeker Hazrat Abu Bakr (ra) was. Eens ging een bedoeïen naar de Heilige Profeet (vzmh) en vroeg hem om een bepaalde behoefte van hem te vervullen. De Heilige Profeet (vzmh) zei dat hij later terug moest komen voor de vervulling van zijn behoefte. Aangezien de bedoeïen niet geoefend was in manieren en fatsoen, vroeg hij de Heilige Profeet (vzmh) wat hij moest doen als de Heilige Profeet (vzmh) niet langer aanwezig was toen hij terugkeerde. De Heilige Profeet (vzmh) zei dat als hij niet langer in deze wereld was, hij naar Hazrat Abu Bakr (ra) moest gaan voor de vervulling van zijn behoefte.

Vergeefse pogingen van de huichelaars door de grote laster te verheffen

Zijne Heiligheid (aba) werkte verder uit dat Abdullah bin Ubay bin Sulul, door kwaadwillig de Grote Laster te beginnen, de groei van het moslimrijk probeerde te belemmeren, of aan het roer wilde staan na het overlijden van de Heilige Profeet (vzmh). Hij zag dat Hazrat Abu Bakr (ra) de meest deugdzame volgeling van de Heilige Profeet (vzmh) was en de Heilige Profeet (vzmh) zeer dierbaar was. Hij zag dat als de moslims een kwestie moesten oplossen of een vraag moesten beantwoorden en ze niet in staat waren om de Heilige Profeet (vzmh) te vragen, ze zich tot Hazrat Abu Bakr (ra) wendden. Het was duidelijk dat de opvolger van de Heilige Profeet (vzmh) Hazrat Abu Bakr (ra) zou zijn. Dit dempte echter de dromen van Abdullah bin Ubay bin Sulul over leiderschap. Zo probeerde hij de gestalte van Hazrat Abu Bakr (ra) te doen afnemen in de ogen van de Heilige Profeet (vzmh) en vervolgens van het moslimvolk. God sprak dit echter aan in de Heilige Koran toen Hij zei:

‘Waarlijk, zij die de lastering voortbrachten waren een grote groep uit uw midden; beschouwt dit niet als een kwaad voor u – integendeel het is goed voor u.’ (24:12)

Zijne Heiligheid (aba) citeerde Hazrat Mirza Bashiruddin Mahmud Ahmad (ra) die uitlegde dat God in dit vers verzekerde dat deze laster de moslims niet zou schaden, zoals sommigen dachten, maar eerder gunstig zou blijken te zijn. Het is na dit vers, in hetzelfde hoofdstuk, dat God spreekt over de vestiging van Khilafat (kalifaat). Mensen probeerden de vestiging van het kalifaat te verhinderen door laster te uiten tegen Hazrat A’ishah (ra). God verklaart echter dat het kalifaat niet alleen een wereldse leiding is, maar een door God aangewezen post. Dus, ondanks de inspanningen van tegenstanders, werd het kalifaat opgericht na de Heilige Profeet (vzmh) en de eerste die deze rol kreeg was Hazrat Abu Bakr (ra).

Uitmuntendheid van Hazrat Abu Bakr (ra)

Zijne Heiligheid (aba) citeerde de Beloofde Messias (as) die zei dat Hazrat Abu Bakr (ra) een diep begrip van God had; hij was erg vriendelijk, nederig, erg vergevingsgezind en verdraagzaam en had een sterke relatie met de Heilige Profeet (vzmh). Hij bleef in de schaduw van de Heilige Koran en onderscheidde zich in zijn begrip van de Heilige Koran. Hij was de trots van de Heilige Profeet (vzmh) en was anders dan alle anderen in de liefde die hij van hem ontving. Hij liet alles achter wat hij had en wijdde zich aan de wil van God in de mate dat het licht van God zichtbaar was bij elke stap, tot het punt dat hem de titel van Siddiq (de Waarheidsgetrouwe) werd gegeven. De Beloofde Messias (as) zei dat God hem rechtstreeks had geïnformeerd over al deze gewaardeerde kwaliteiten die Hazrat Abu Bakr (ra) bezat.

14 edelen van de Heilige Profeet (vzmh)

Zijne Heiligheid (aba) zei dat volgens Hazrat Ali (ra), de Heilige Profeet (vzmh) zei dat elke profeet zeven metgezellen krijgt, maar hij kreeg er 14. Toen hem werd gevraagd wie ze waren, zei de Heilige Profeet (vzmh): Hazrat Ali (ra) en zijn twee zonen, Hazrat Ja’far (ra), Hazrat Hamzah (ra), Hazrat Abu Bakr (ra), Hazrat Umar (ra), Hazrat Mus’ab bin Umair (ra), Hazrat Bilal (ra), Hazrat Sulaiman (ra), Hazrat Ammar (ra), Hazrat Miqdad (ra), Hazrat Hudhaifah (ra) en Hazrat Abdullah bin Mas’ud (ra).

Zijne Heiligheid (aba) zei dat Hazrat Abu Bakr (ra) door de Heilige Profeet (vzmh) was aangesteld als de leider van de karavaan op weg naar de hadj in 9 AH. Hazrat Abu Bakr (ra) vertrok uit Medina met 300 metgezellen. De Heilige Profeet (vzmh) stuurde met hen 20 offerdieren om wiens nek hij zelf halsbanden plaatste om ze te markeren als offerdieren.

Zijne Heiligheid (aba) zei dat hij in de toekomst incidenten uit het leven van Hazrat Abu Bakr (ra) zou blijven benadrukken.

Begrafenisgebeden

Zijne Heiligheid (aba) zei dat hij de begrafenisgebeden van de volgende overleden leden zou leiden:

Muhammad Dawood Zafar

Muhammad Dawood Zafar, een missionaris uit het VK die in de Raqeem Press diende, stierf op 16 november. Hij diende op verschillende plaatsen als missionaris voordat hij naar het Verenigd Koninkrijk kwam, waar hij werd aangesteld om te dienen in de Raqeem Press. Hij was enige tijd president van de gemeenschap in Islamabad, VK. Hij laat zijn ouders, zijn vrouw, drie zonen en een dochter na. Terwijl hij overwoog om missionaris te worden, werd hij ontmoedigd door sommigen die zeiden dat hij een beter inkomen zou kunnen verdienen door een ander werkveld te kiezen. Hij liet zich echter nooit afschrikken en bleef standvastig in zijn toewijding, en ondanks financiële moeilijkheden bleef hij standvastig. Hij adviseerde zijn kinderen altijd om een middel tot gemak voor anderen te zijn en anderen nooit problemen te bezorgen. Hij vertelde zijn kinderen altijd dat alles wat hij ooit bereikte alleen dankzij het Khilafat was en zei dat ze moesten bidden dat hij altijd in staat zou zijn om de Gemeenschap op de best mogelijke manier te dienen. Hij adviseerde zijn kinderen altijd om deugdzaam te zijn en gehecht te blijven aan het Khilafat. Zijne Heiligheid (aba) bad dat zijn kinderen zijn advies mogen volgen. Zijne Heiligheid (aba) zei dat mensen unaniem zeiden dat hij een vrolijk persoon was en de harten won van mensen. Hij was zeer bedreven in zijn werk en had technische vaardigheden. Zijne Heiligheid (aba) bad dat Allah hem vergiffenis en barmhartigheid moge schenken, geduld schenken aan zijn kinderen en hen in staat stellen zijn deugden voort te zetten, en ook geduld schenken aan zijn ouders.

Ruqayya Shamim Bushra

Ruqayya Shamim Bushra, echtgenote van wijlen Karam Ilahi Zafar, die een missionaris in Spanje was. Ze was de nationale voorzitter van de Ahmadiyya Moslim Vrouwenorganisatie in Spanje. Ze laat drie zonen en drie dochters na. Haar nakomelingen dienen de Gemeenschap in verschillende hoedanigheden. Sinds haar twaalfde had ze een speciale neiging tot gebeden. Ze was zeer opmerkzaam en voorbeeldig in haar naleving van de sluier. Tijdens hun eerste dagen in Spanje heeft ze samen met haar man veel moeilijkheden doorstaan, vanwege hun inspanningen om de boodschap van de islam te verspreiden. Maar net als haar man bleef ze standvastig en bleef ze op God vertrouwen. Ze assisteerde ook bij de bouw van een moskee in Spanje door op te treden als accountant. Ze gaf altijd voorrang aan haar geloof boven wereldse zaken. Ze vestigde een islamitisch voorbeeld in een land waar het ooit een misdaad was om zelfs maar de naam islam uit te spreken. Zijne Heiligheid (aba) bad dat Allah haar vergiffenis en genade moge schenken en haar nageslacht in staat zal stellen de erfenis van haar deugden voort te zetten.

Tahira Hanif

Tahira Hanif, dochter van Hazrat Zainul Abideen Waliullah Shah en echtgenote van Mirza Hanif Ahmad, zoon van de Tweede Kalief (ra). Ze was ook Zijne Heiligheid, Hazrat Mirza Masroor Ahmad’s (aba) tante (mumani). Haar vader was een groot geleerde en schreef commentaar op vele delen van Sahih al-Bukhari. Ze diende de Ahmadiyya Moslim Vrouwenorganisatie in Rabwah en bracht daarna ook enige tijd door in Sierra Leone met haar man, die zijn leven had toegewijd aan het dienen van de Jamaat. Ze was erg consequent in haar gebeden, evenals vrijwillige gebeden. Ze zorgde voor iedereen en hield van de Gemeenschap en was oprecht en loyaal aan Khilafat. Zijne Heiligheid (aba) zei dat ze hem regelmatig brieven schreef, vooral na zijn vrijdagpreken. Ze zorgde voor de armen en behoeftigen. Zijne Heiligheid (aba) bad dat Allah haar vergiffenis en genade moge schenken, haar een positie onder de ouderen zal schenken en haar kinderen in staat zal stellen de erfenis van haar deugden voort te zetten.

Samenvatting vrijdagpreek door de Ishaat team MKA NL. De Ishaat team neemt de volledige verantwoordelijkheid voor eventuele fouten of miscommunicatie in deze samenvatting van de vrijdagpreek